“Een asbestveilige agrosector in 2024 is alleen haalbaar als op het gebied van voorlichting, stimulering en financiering extra maatregelen worden genomen.” Dit zegt LTO-bestuurder Siem Jan Schenk (portefeuille Omgeving) naar aanleiding van een landelijke enquête over asbest in de land- en tuinbouw. Aan de enquête hebben 3.255 boeren en tuinders meegedaan.
Op basis hiervan wordt becijferd dat zich nog 99 miljoen vierkante meter asbest op daken en gevels bevindt van agrarische gebouwen. Het verwijderen daarvan gaat volgens huidige ramingen zo’n 1 miljard euro kosten. Daar komt nog eens ongeveer 2 miljard euro bij voor het terugplaatsen van nieuwe daken. Volgens ingewijden wordt nu jaarlijks zo’n drie tot vier miljoen vierkante meter aan asbestdaken opgeruimd.
LTO Nederland heeft het initiatief genomen tot de enquête, die meer doelen had dan een inventarisatie van de nog aanwezige asbest. Ook is duidelijk geworden welke drempels ondernemers ervaren en welke mogelijkheden ondernemers aangeven om het saneringsproces in een hogere versnelling te krijgen. Voor verreweg de meeste respondenten zijn de hoge kosten en de huidige procedures een sta-in-de-weg om met de asbestverwijdering te beginnen. Tegelijkertijd geven ze ook aan dat die sanering vanwege de gezondheidsrisico’s van asbest wel noodzakelijk is. De zorg om de gezondheid van het eigen gezin, bezoekers op het erf, het vee en de opgeslagen producten worden het vaakst genoemd als reden om het asbestprobleem aan te pakken.
Ook de waardevermindering van het bedrijf noemen ondernemers als belangrijke reden om het asbest op te willen ruimen. Boeren en tuinders geven ook wat volgens hen nodig is om te starten met asbestsanering op hun bedrijf. Financierings- en stimuleringsmaatregelen worden genoemd als extra prikkel om er op het eigen bedrijf mee te beginnen.
Schenk laat er geen misverstand over bestaan: het tempo van saneren moet sterk omhoog.
Boeren en tuinders kunnen dat niet alleen. “Niet saneren of de sanering nog verder naar de toekomst schuiven kost veel meer. Denk aan bijvoorbeeld gezondheidsrisico’s en de hoge kosten bij brand- en stormschade. Overheid, verzekeraars, financiële instellingen en het bedrijfsleven hebben derhalve een groot gezamenlijk belang”, aldus Schenk.
Programmamanager Ruud Hoosemans van het LTO Programma Asbestveilige agrosector 2024 wil ook meer vaart achter de sanering: “De hoeveelheid asbest in de agrarische sector is nu bekend en ook wat de ondernemers nodig hebben om het asbest te verwijderen. Wij helpen de ondernemers de juiste keuzes te maken, bonafide partijen te selecteren en optimaal gebruik te maken van alle geldende regelingen. Let wel, er bestaan nu goede regelingen voor asbestsanering.”
Door bijvoorbeeld fiscale maatregelen en subsidies zou het tempo van de asbestverwijdering volgens hem omhoog kunnen, denkt Hoosemans: “Ondernemers geven dit in de asbestenquête aan. De procedures voor asbestsanering zouden ook eenvoudiger kunnen. De overheid speelt hierin een rol, net zoals de verzekeraars en het bedrijfsleven. Met ons LTO Programma Asbestveilige agrosector willen wij zorgen voor de noodzakelijke verbinding. De samenwerking tussen bedrijfsleven en overheid is hierbij van vitaal belang."
Bijlage | Grootte |
---|---|
schenktempovanasbestsaneringmoetforsomhoog.pdf | 143.6 KB |
asbest-in-de-agrosector.pdf | 1.35 MB |