In deze deskstudie en expertopinie t.b.v. een risicobeoordeling hebben we systematisch de ernst (intensiteit), duur en prevalentie van welzijnsconsequenties voor varkensongerief ingeschat, inclusief (on-)zekerheid, risicofactoren (gevaren) en mogelijke welzijnsindicatoren voor verschillende diercategorieën (zeugen, biggen, vleesvarkens en beren), 3 concepten (Gangbaar, Beter Leven Kenmerk 1 ster (BLK*) en Biologisch) en 3 fasen (boerderij-, transport- en slachthuisfase). De belangrijkste welzijnsconsequenties tijdens de boerderijfase zijn onvoldoende exploreren en foerageren (voor Gangbaar en BLK*), (liggen op) onaangename vloeren (Gangbaar en BLK*), ruimtegebrek (vooral Gangbaar), honger van guste en drachtige zeugen (vooral Gangbaar en BLK*), fixatie in de kraambox (Gangbaar en BLK*), couperen (Gangbaar en in iets mindere mate BLK*), speenstress (Gangbaar, BLK* en Biologisch), seksuele frustratie bij zoekberen (Gangbaar, BLK* en Biologisch), gebrekkige hokverrijking bij zoekberen (Gangbaar en BLK*); voor de transportfase: sociale stress (gespeende biggen, vleesvarkens en zeugen), honger (met name vleesvarkens en zeugen), angst en stress (met name vleesvarkens en zeugen); voor de slachtfase: sociale stress (vleesvarkens en zeugen), stress bij opdrijven naar de elektrische verdover (zeugen), honger (vleesvarkens en zeugen), CO2-verdoving (vleesvarkens), angst en stress (zeugen iets meer dan vleesvarkens). Dierenwelzijn blijft een aandachtspunt in het kader van integrale duurzaamheid van de Nederlandse varkensketen.